zaterdag 21 januari 2017

WERKSTERSBIJEN

De eitjes in de duizenden cellen, die bestemd zijn om werksterbijen voort te brengen,
bereiken na drie dagen het larve stadium. In deze positie worden ze weer drie dagen gevoed met koninginnegelei.Vanaf de vierde tot ongeveer de tiende dag krijgen ze stuifmeel en honing te eten. Aan een larve wiegje staan bijna drieduizend verzorgsters, die tot taak hebben, te controleren en te voeden. Als de larve zo groot geworden is dat ze de hele cel opvult, spint ze een cocon om zich heen. Door haar verzorgsters wordt de cel nu afgesloten met een wasdekseltje. Het zal opnieuw een dag of tien duren, voor ze als volwassen bij het laagje doorknaagt en tevoorschijn komt. Bij intuïtie weet ze van meet af aan wat haar te doen staat. De eerste taak is, zichzelf een poetsbeurt geven en daarna cellen schoonmaken. Met ongeveer 20 collega's maakt ze in drie kwartier een cel glanzend schoon. De koningin controleert ze, alvorens haar eieren erin te leggen. Wanneer de kaakklieren van de jonge Bij ontwikkelt zijn, krijgt ze een nieuwe taak. Ze moet dan de koningin en de larven voeden.

Na verloop van enkele dagen, atrofiëren deze klieren en tegen die tijd zijn er acht wasklieren in haar achterlijf weer ontwikkeld.
Van de honing en het stuifmeel die ze nu eet, maakt ze via deze wasklieren, de benodigde was voor de bouw van de raat en dekseltjes voor het afsluiten van de larven- en volle honingcellen.
Deze wasklieren gaan ook weer aftakelen.
Dan wordt het haar taak om het binnengebrachte voedsel van haar collega's af te nemen, te verwerken en op te slaan.
Met haar antennes beklopt ze het lichaam van de Bij, die voedsel binnen brengt. Deze braakt voor haar de nectar uit en de stuifmeelklompjes aan haar poten draagt ze aan haar over.

Een voedsel binnenbrengende Bij heeft de taken van deze jongere zuster ook eens volbracht.
Ze heeft evenals die jonge Bij nu ook voedsel ingebracht.
Daarna heeft ze voor de ingang van de korf, wacht gelopen, om honing dieven te weren.
Van uit die positie heeft ze stukje bij beetje, rond het middaguur, zich leren oriënteren op de zon en de kast, door steeds een eindje verder weg te vliegen.
Nu haalt ze honing en stuifmeel binnen, van een plaats met bloemen die een verkenner door een ingewikkelde dans heeft aangegeven..
Het is meer de lengte van haar vluchten, dan de dagen die haar leeftijd bepalen.
Na ongeveer 800 km. vliegen is ze aan haar eind. Haar vleugels zijn versleten en ze valt tijdens haar vlucht zomaar ergens neer.
Ze zal dan rond de vijf weken geleefd hebben.


maandag 16 januari 2017

KONINGIN

 Een bijenkoningin begint haar leven als eitje in een van de 10 of meer koninginnencellen. Deze cellen zijn groter dan de duizenden andere die bedoeld zijn voor de werksterbijen. Daarom hangen ze onder aan de ingenieus opgebouwd raat. De raat bestaat uit duizenden zeshoekige cellen van gelijke grootte. De aan beide kanten van de uiterst dunne wassen basisplaat bevestigde cellen liggen niet tegenover elkaar, maar op het snijpunt van drie cellen, zodat het geheel goed stevig geconstrueerd is. Zouden de koninginnencellen of moerdoppen, ergens midden in de raat gebouwd worden, dan gaat de zuivere zeshoekige geometrie verloren.
De eitjes, die gelegd worden in de koninginnenkamers, zijn van dezelfde soort als die in de andere cellen gedeponeerd worden, maar het verschil zit in de voeding.
De koningin wordt tijdens haar hele larve bestaan gevoed met koninginnengelei. Zou ze hetzelfde dieet als een werksterbij krijgen, werd ze een gewone werkster en omgekeerd ook.
Van ei tot bij, duurt iets meer dan drie weken, voor een koningin.
Als de jonge koningin zich begint te verpoppen, bereidt de oude zich voor op vertrek, het z.g. zwermen.
Door middel van feromonen [vooral E 9 oxo 2 decaanzuur] uit haar kaakklieren, komen haar verzorgsters met haar geur in aanraking, die ze op hun beurt weer door geven aan het volk.
Wordt de populatie te groot, dan vervreemd het gedeelte, dat nauwelijks of geen contact meer met de moer of haar verzorging hebben.
Als reactie op het ontbreken van deze geur gaan ze moerdoppen bouwen. De oude koningin wordt met een afslankdieet voorbereid op het zwermen. Normaal is ze te dik om te vliegen.
Staat eenmaal de jonge koningin op uitkomen en kan er door bv. weersomstandigheden niet gezwermd worden, dan treed daarbij een akoestische communicatie op, tussen de twee dames.
De oude koningin drukt haar borststuk tegen de raat en brengt met een bepaald 'tuut' geluid de raat in trilling.
De werksters die zich op dit gedeelte van de raat bevinden, blijven staan in verstarring. Als men bijen wil merken, wordt dit geluid nagebootst.
Op het 'tuutgeluid' van de moer, antwoord de jonge koningin in de cel met een 'kwaak' signaal. Deze geluiden kan een opmerkzame imker ook horen, een stressvol moment in de imkerij, want een zwem komt er aan. Als de oude koningin met haar volk is uitgevlogen, komt de nieuwe uit haar cel te voorschijn.
Is het overgebleven populatie nog te groot voor een koningin, zal ze een of meerdere koninginnen toestaan om te overleven. Die zullen dan respectievelijk voor nazwermen zorgen. De laatste koningin, voor wie het volk niet te groot meer is, zal de overige poppen in de moerdoppen, met haar gladde angel doodsteken. De tegelijk met haar uitgekomen collega's doet ze een gevecht aan op leven en dood. Wie in leven blijft is de nieuwe, maagdelijke koningin. Na een week, houd ze een eenmalige bruidsvlucht. Op een hoogte van 10 tot 30 meter, bevinden zich altijd op dezelfde plaats, de rendez-vous plaatsen van de mannelijke bijen, die darren genoemd worden. Deze darren, die uit verschillende korven afkomstig zijn, zullen de geur van een koningin onderkennen, maar ze hebben ook veel sterkere facet ogen dan werksterbijen en het gezichtsveld van de koningin is de minste van al. Het is standaard dat bruidsvlucht in de morgen uren plaats vind. Een aantal werksterbijen houden de wacht in een kring voor de ingang van de korf, daarbij stulpen ze hun geurklieren uit, met de bedoeling door middel van geur, de koningin veilig terug te leiden. Boven heeft de snelste en sterkste dar de eerste kans. Ze gedraagt zich polygaam. De bevruchtingsvloeistof krijgt ze zo mee, dat ze ook onbevruchte eitjes kan leggen, waaruit zich de darren ontwikkelen.
Met haar terugkeer in de korf is de cyclus weer rond. Ze zal zich in eerste instantie richten op het leggen van duizenden eieren per dag, waaruit zich werksterbijen ontwikkelen.
Deze dames zullen op een gegeven dag geen geur meer van de moer ontvangen, omdat het volk weer te groot geworden is.

Een klein volk begint al met een onafgebouwde aanhechting van moerdoppen onder aan de raat. De ene bij bouwt er een stukje bij aan, de andere haalt weer een stukje weg. Dat lijkt op een soort democratisch stemgedrag, maar op een dag is het volk weer zo groot, dat ze deze cellen eensgezind volledig af gaan bouwen.
Lees hier meer: