donderdag 24 maart 2016

Speenkruid (Ranunculus ficaria), Vroegeling (Erophila verna)

Speenkruid begint momenteel aan de bloei. De plant is te vinden aan de voet van de bruine beuk in de stinzenplantentuin. Vorig jaar en twee jaar geleden, beide keren op 4 april, heb ik er ook aandacht aan besteed. De plant levert zowel nectar als stuifmeel aan bijen. HIER een link naar het blog van 04-02-2014. Met daarin weer een link naar een artikel van de bijenhelpdesk, met prachtige foto's
Een andere in bloei rakende plant is de minuscule Vroegeling (Erophila verna) .
Een plantje die uit een prachtig rozetje, amper 10 cm omhoog schiet, met een wit bloemetje op een 'lange' steel. Groeit graag op droge grond.
De plant is wat bloei betreft erg vroeg, zodat de zaden in hun verspreiding niet gehinderd worden door andere planten. De bloemen zouden wat nectar en pollen bevatten voor bijen.

zaterdag 5 maart 2016

Maagdenpalm (Vinca minorL.)

het langwerpige blad is van de maagdenpalm
het andere is klimop
heeft de eerste twee bloemen in bloei.  De plant komt in het wild niet zoveel voor en is daarom beschermd. Om de handige eigenschap, van een goede en fraaie bodembedekker met prachtig blauwe bloemen ,  wordt het struikje graag in tuinen gekweekt. In het verleden heeft de plant rijkelijk op de fantasie gewerkt. Vooral magisch werd het palmpje er nogal eens bij gehaald. Medisch zou het goed zijn tegen: diarree, bloeding, tering, scheurbuik, kiespijn, bloedarmoede en zo meer. Het werd ook aangemerkt als een aansterkend middel. Modern onderzoek heeft aangetoond, dat het plantje een werkzaam alkaloïde bevat; het vincamine, dat aderverwijdend werkt. Daarom heeft de medische wetenschap haar zonder aarzelen opgenomen in het geneeskundig arsenaal en dan vooral tegen hersenaderverkalking.
Boeren uit het gebied van de Pripjatmoerassen in de grensstreek van Wit Rusland en Oekraïne, trekken bouillon van de bladeren van de maagdenpalm.
Verder onwikkelen de stinzenplanten zich heel goed. De boerennarcis is er nu ook bijgekomen. Een prachtig geel bloeiend bolgewas. Sneeuwklokjes staan met veel pollen te bloeien. De lenteklokjes staan ook nog dapper overeind, na de vorst.  De glans van waterdruppels verhogen het bloeieffect.





dinsdag 1 maart 2016

Lenteklokje (Leucojum vernum)

 Al drie jaar achtereen heb ik een log geschreven over het lenteklokje (Leucojum vernum).
Een leuk plantje, dat precies aan de zuidwestkant, onder de bruine beuk groeit.
Vorig jaar, op 6 maart, kroop er juist een honingbij in het belletje. Hetzelfde gebeurde toen ook bij het sneeuwklokje. Zie hier. 06-03-2015
Beide momenten zijn op een foto vastgelegd en aan dat blog toegevoegd.
Achter de beuk staat al een hele poos een winterakoniet te bloeien. De plant is wat op zijn retour, maar toch nog duidelijk, mooi geel, aanwezig.

Langs het grote pad wordt een leuke pergola van ruwe boomtakken gebouwd, rondom een zitplaats van grote houtblokken. De 'gebinten' bestaan uit  stevige takken van omgewaaide bomen.
De vijver en het ven hebben nog een stevige ijsvloer.




maandag 15 februari 2016

Koning in de Bijen-Natuurtuin

Koning winter wel te verstaan. Het hele seizoen heeft hij het af laten weten. Maar gisteren liet hij zich even in volle glorie zien. Veel tijd had hij ook weer niet. Na een halve dag vertrok hij weer. De regen spoelde het meeste weer weg. Maar iets van zijn majesteit liet hij nog achter voor deze dag en misschien blijft er ook nog wat over voor de volgende dagen.








vrijdag 12 februari 2016

Een sleedoorntak (Prunus spinosa)

is al vergaand in de bloei geschoten. De struik is wel de eerste bloeier in het voorjaar, maar zo vroeg en één tak is opmerkelijk. De standplaats is zonnig en blijkbaar vangt deze ene tak iets meer zon, dan de andere.
Sleedoorn is van oorsprong een inheemse struik. Voor Bijen een leverancier van veel stuifmeel en een klein beetje nectar.
De wrange (slee) smaak van de pruimen vermindert na een nachtvorst. Medicinaal is eten van de vrucht goed voor bloedzuivering. Van een afkooksel van de bloemen is een prima laxeermiddel en een bouillon van de bladeren kan ingezet worden bij nierziektes.  Hier meer over de sleedoorn.


Vanmorgen hing er een poosje wat mist, dat levert mystieke plaatjes op.










donderdag 28 januari 2016

Voeten in aarde


Dat kan in de bijentuin. Met blote voeten, de aarde voelen op het blote voetenpad. Een heel gezonde bezigheid. Aarden noemt men dat. Het lichaam kan zich op die manier ontladen van positieve elektrische geladen deeltjes en dat draagt weer bij tot een betere gezondheid. Op een mooie dag als vandaag is dat heel goed te doen. Een fijne ontstressende ervaring. Evengoed is het werken met handen in de grond. Het nieuwe verbouw seizoen is weer in aantocht. Mocht u het leuk vinden om als vrijwilliger in de tuin te komen helpen, dan bent u van harte welkom. Op maandag- en binnenkort ook weer op woensdagmorgen, zijn er mensen van de werkgroep aanwezig. Hieronder twee linken met een goede uitleg, over aarden.



 

maandag 25 januari 2016

dinsdag 29 december 2015

Longkruid (Pulmonaria)

Is een plant die er dankzij de buitengewoon zachte temperatuur, fris en groen bij staat, in de tuin.
Bloeiers zijn er niet meer, hoewel die er nog steeds te vinden zijn in de natuur. Leuk, om daar op te letten tijdens een wandeling.
Het longkruid werd vroeger ingezet als medicijn tegen longkwalen. Het is onzeker of het ook daadwerkelijk een helende
werking bezit. Wel hebben de bloemen, die al snel na de sneeuwklokjes verschijnen, een hoog nectar gehalte. In Rusland heet de plant daarom: "medoenitsa", wat honing betekent. Door de vroege bloei is het een nuttig lentekruid voor bijen.
Bijen “genieten” ook van de milde temperatuur. Op de aanvliegplank zijn ze druk in de weer, vooral als de zon schijnt. Ver wegvliegen, zullen ze niet doen, omdat er nergens iets voor ze te halen valt. Ontledingsvluchten zijn echter, van tijd tot tijd noodzakelijk, ook in de winter. 

vrijdag 27 november 2015

Rimpelpoppenrover (Calosoma reticulatum)

Een extreme zeldzame mooie loopkever, werd in juni bij toeval gefotografeerd op het Infanterie Schietkamp in Harskamp. In het jaar1922 werd het beestje ook daar, in de buurt waargenomen. Daarna is het dier nergens  meer in Nederland gezien.
Lees hier het zeer interessanteartikel.

 De rimpelpoppenrover is een keversoort uit de familie van de loopkevers (Carabidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1787 door Fabricius.
Kever lengte van 20-27 mm.  Hoofd, schouderstuk en dekschilden zijn metallic groen, brons, zelden zwart met een bronzen glans. Monddelen, antennes en poten zijn zwart. Schouders en dekschilden bol breed. 
In Europa, werden het grootste deel van de vondsten gedaan in droge steppen en dennenbossen op zandgrond.
De kevers zijn actief in het voorjaar en de vroege zomer, maar ook in augustus en september. In mei en juni,  leggen de vrouwtjes gemiddeld 60-70 eieren. De ontwikkeling duurt ongeveer 2 maanden. De kevers overwinteren in de bodem. De nieuwe generatie verschijnt in april, begin mei. 
's Nachts gaat de kever op jacht op vooral rupsen en andere ongewervelden. De dieren komen in Noord-en Midden-Europa voor. In Duitsland worden ze met uitsterven bedreigd, de meeste vondsten daar zijn afkomstig uit de jaren 1950, vooral in de omgeving van Berlijn. Ondertussen is de rimpelpoppenrover alleen in het noorden en westen van Lüneburger Heide gevonden. Ze leven in zandige gebieden, zoals op droge heidevelden en in de schrale bossen. Ze zijn op de grond of op lage vegetatie te vinden. Overal staat de kever op de “rode lijst van bedreigde diersoorten”, van Siberië tot Hongarije tot Kazachstan en alles wat er tussen ligt.

rimpelpoppenrover


Bij toeval werd ook deze zomer in de Bijentuin een mooie kever ontdekt en gefotografeerd. De gouden tor (Cetonia aurata) Lees hier het artikel:


donderdag 26 november 2015

IJs op het ven

Het ven is bedekt met een laagje ijs. Mooi om te zien. De middagzon scheen erop. De vijver ligt in de schaduw van de middagzon en was ijsvrij. Het zal afhankelijk zijn van de diepte. Het ven is erg ondiep, terwijl de vijver veel dieper is. Ook de luwte van de omringende begroeiing zal meespelen. Lees hier meer

over de groei en de vorming van het ijs.

woensdag 25 november 2015

Kopergroenzwam (Stropharia aeruginosa)

Kopergroenzwam (Stropharia aeruginosa)
Groeide precies een jaar geleden in de buurt van de tuin, op een omgevallen, composterende boomstam. Drie stuks in totaal.
Men noemt ze saprofyt, omdat ze hun voedingstoffen uit dood materiaal halen. Geliefde groeiplaatsen zijn: gemengde naaldbossen en grasvelden, rijk aan humus.
De plant behoort tot de champignon familie en kan eveneens gegeten worden.
Koken kan, maar bakken of frituren schijnt de smaak te verhogen.
De geur schijnt aangenaam te zijn en de smaak; mild pittig. 
Ikzelf kan het niet beoordelen, omdat ik nooit de kopergroenzwam heb gegeten.

Dit jaar heeft de plant zich niet laten zien, helaas.

zaterdag 21 november 2015

Zelf bladaarde maken

Het nut van bemesting en tips over hoe, worden in het onderstaande artikel gegeven.

http://www.mijntuin.org/articles/zelf-bladaarde-maken-goud-voor-je-tuin

afgeplagde grond bedekt met afgevallen blad in de Bijentuin